Vanaf vandaag in Museon: de eerste kustbewoners

De opgraving  van de VINEX locatie Ypenburg, het zuidoostelijke stadsdeel van de gemeente Den Haag is de belangrijkste informatiebron voor deze expositie. Dit gebied was gedurende een aantal eeuwen het woongebied van de prehistorisch mens. Het gebied lag aan de kust en bestond uit één tot twee meter hoge duinen, het was een getijdenlandschap. De Steentijdmens leefde hier op de grens van zoet en zout, van droog en nat. Toen het water steeg verdwenen de mensen en ontstond er een moerasbos.
Het was een zeer voedselrijke omgeving, eigenlijk een soort luilekkerland, want er leefden ook edelherten, wilde zwijnen, watervogels, kraanvogels, en zeearenden. De bewoners hielden runderen en varkens en in het water zwommen verschillende soorten vis, waaronder grote steuren, maar ook zeehonden. Eetbare vruchten en planten zoals noten, appels, peren, bramen en sleedoornpruimen, selderij, zeekraal, lisdodde en wilde look waren ook voldoende in het landschap te vinden. Het eten was gezond en er was dus voldoende. Er kwam nauwelijks cariës voor, wel was er veel slijtage aan de gewrichten: fysiek was het een zwaar bestaan. Om te overleven in de prehistorie is het van belang dat je zeer goed kunt jagen. Hanteren van speer of pijl en boog was belangrijk.

De huizen werden zeer comfortabel op de duintjes gebouwd, want ook de Steentijdmens hield niet van natte voeten. In de buurt waren zeker twee locaties waar in diezelfde tijd ook werd gewoond, namelijk Harnaschpolder en Wateringen. Dat weten we door het toeval van opgravingen aldaar, maar er blijven meer plekken niet opgegraven dan wel opgegraven.
Als we de vuurstenen, andere stenen werktuigen en het aardewerk bekijken, dan moeten we concluderen dat er veel contacten waren met andere mensen. Deze Steentijdmensen leefden hier niet in een van de rest van de wereld geïsoleerd groepje. Nee, ze maakten onderdeel uit van een veel groter netwerk.

Aanleiding om het graaf- en spitwerk zeer zorgvuldig te doen en uit te breiden was de vondst van een grafveld waarin maar liefst 31 graven met daarin de resten van 42 personen, zowel vrouwen, mannen als kinderen. Al gauw bleek dat het om mensen ging die hier in een lang vervlogen tijd hadden geleefd, de tijd van de Hunebedbouwers, zo’n 5500 jaar geleden. Dus ook hier geldt dat we bij toeval veel hebben geleerd uit deze periode. In de expositie kan de bezoeker kennismaken met de verschillende takken van onderzoek binnen de archeologie en hoe we puzzelstukje bij puzzelstukje leggend  tot fantastische conclusies kwamen.

Bron: Museon

Geef een reactie